0

Ziekte van Osgood-Schlatter - Symptomen en preventie : Uw online apotheek selectie

Filter
Aantal producten : 1
Sorteer
Sorteer
Sluit
KNIE DonJoy REACTIE GRIJS KNIE DonJoy REACTIE GRIJS
€ 102,29
In winkelwagen
5-7 werkdagen

Wat is de ziekte van Osgood-Schlatter en wie heeft er het meeste kans op?

De ziekte van Osgood-Schlatter is een veel voorkomende aandoening bij jonge sporters en wordt gekenmerkt door pijn in het scheenbeen net onder de knie. Deze pijn wordt veroorzaakt door ontsteking van het kraakbeen waar de kraaienpootpees aan de tuberositeit van het scheenbeen vastzit. Vooral tieners die sporten beoefenen waarbij ze moeten rennen, springen of snel van richting moeten veranderen, lopen risico. De ziekte komt het meest voor tijdens perioden van snelle groei, meestal tussen 10 en 15 jaar voor jongens en tussen 8 en 13 jaar voor meisjes.

Wat zijn de symptomen van de ziekte van Osgood-Schlatter?

Symptomen van de ziekte van Osgood-Schlatter zijn onder andere merkbare pijn onder de knie, die kan verergeren door lichamelijke activiteit en verlichten door rust. Er kan ook zwelling of prominentie van de tibiale tuberositeit optreden. Adolescenten kunnen een verhoogde gevoeligheid in dit gebied ervaren bij het knielen of het uitvoeren van bewegingen die de bovenbeenspieren belasten.

Wat veroorzaakt deze aandoening?

De ziekte van Osgood-Schlatter wordt veroorzaakt door herhaalde belasting van de pees die aan het groeiende bot van de tibia vastzit, verergerd door sportactiviteiten. Herhaalde bewegingen en directe stoten op dit gebied tijdens perioden van snelle groei kunnen leiden tot irritatie en ontsteking.

Hoe wordt de ziekte van Osgood-Schlatter gediagnosticeerd?

De ziekte van Osgood-Schlatter wordt meestal klinisch gediagnosticeerd. De arts onderzoekt de symptomen en medische voorgeschiedenis van de jonge patiënt, soms aangevuld met beeldvormende tests zoals een röntgenfoto om andere aandoeningen uit te sluiten en de toestand van de tuberositas tibialis te observeren.

Wat zijn de behandelingsmogelijkheden voor de ziekte van Osgood-Schlatter?

Het belangrijkste doel van de behandeling voor de ziekte van Osgood-Schlatter is het verminderen van pijn en ontsteking. Dit kan het volgende inhouden:

  • Rust, het vermijden van activiteiten die pijn veroorzaken.
  • Ijsapplicaties om de ontsteking te verminderen.
  • Niet-steroïde ontstekingsremmende medicijnen (NSAID's).
  • Passende rekoefeningen en spierversterking om de druk op de knie te verminderen.
  • In sommige gevallen kan het dragen van een orthopedische kniebrace raadzaam zijn om de belasting op de betreffende pees te beperken.

Hoe kan de ziekte van Osgood-Schlatter worden voorkomen?

De ziekte van Osgood-Schlatter kan worden voorkomen door lichamelijke activiteit te matigen tijdens perioden van snelle groei, vooral bij kinderen die aan high impact sporten doen. Het aanmoedigen van een geleidelijke progressie in de intensiteit en frequentie van de training is ook cruciaal. Regelmatige follow-up met een sportcoach of therapeut om de juiste technieken en warming-ups te leren kan ook een preventieve rol spelen.

Kan de ziekte van Osgood-Schlatter complicaties op de lange termijn veroorzaken?

In de meeste gevallen verdwijnt de ziekte van Osgood-Schlatter vanzelf na verloop van tijd, vaak wanneer de groei voltooid is. In zeldzame gevallen kunnen echter complicaties optreden, zoals aanhoudende pijn of onregelmatige botontwikkeling. Medische follow-up wordt aanbevolen om de voortgang van de ziekte te controleren en zo nodig in te grijpen.

Hoe lang duurt de ziekte van Osgood-Schlatter meestal?

De duur van de ziekte van Osgood-Schlatter varieert van persoon tot persoon, maar is over het algemeen tijdelijk. De meeste jonge patiënten ervaren de symptomen gedurende een periode van enkele maanden tot twee jaar. De pijn neemt echter geleidelijk af naarmate de adolescent de fase van botgroei voltooit. Het is belangrijk om medische aanbevelingen op te volgen en lichamelijke activiteiten aan te passen om het genezingsproces te versnellen.

Zijn er alternatieve behandelingen voor de ziekte van Osgood-Schlatter?

Naast conventionele behandelingen kunnen sommige alternatieve behandelingen helpen om de symptomen van de ziekte van Osgood-Schlatter te verlichten. Deze alternatieven zijn onder andere

  • Fysiotherapie, die specifieke oefeningen kan aanbieden om de spieren rond de knie te versterken en de flexibiliteit te verbeteren.
  • Acupunctuur, dat in sommige gevallen gebruikt wordt om pijn en ontsteking te verminderen.
  • Ontspannings- en pijnbeheersingsmethoden, zoals yoga of meditatie, kunnen ook helpen om de pijnperceptie te verminderen. Het is cruciaal om een zorgprofessional te raadplegen voordat je met een alternatieve behandeling begint.

Tast de ziekte van Osgood-Schlatter beide knieën aan?

Hoewel de ziekte van Osgood-Schlatter beide knieën kan aantasten, is de ziekte vaak asymmetrisch. De symptomen zijn vaak meer uitgesproken in de ene knie dan in de andere. Volgens studies zijn in ongeveer 20-30% van de gevallen beide knieën aangedaan. De behandeling en voorzorgsmaatregelen moeten worden aangepast aan de ernst van de symptomen in elke knie.

Bij welke sporten is de kans op de ziekte van Osgood-Schlatter het grootst?

Sporten waarbij veel gesprongen, gerend en plotseling van richting veranderd wordt, kunnen de ziekte van Osgood-Schlatter veroorzaken. Deze activiteiten omvatten

  • Basketbal
  • Voetbal
  • Gymnastiek
  • Volleybal Deze sporten oefenen een verhoogde druk uit op de knieën, met name in het gebied waar de knieschijfpees aanhecht aan de tibiale tuberositeit, waardoor het risico op het ontwikkelen van de aandoening toeneemt.

Hoe houdt de ziekte van Osgood-Schlatter verband met de groei van adolescenten?

De ziekte van Osgood-Schlatter houdt direct verband met de perioden van snelle groei die tieners doormaken, omdat het wordt veroorzaakt door herhaalde trekkracht van de kniepees op de nog onvolgroeide tuberositeit van het scheenbeen. Tijdens de groei veranderen botten, spieren en pezen snel en soms verloopt de ontwikkeling niet helemaal synchroon, waardoor er overmatige spanning ontstaat op bepaalde aanhechtingspunten, zoals de kniepees op het scheenbeen. Dit verklaart waarom de aandoening zo vaak voorkomt tijdens de adolescentie, een periode van intense botgroei.